De persoonlijke ervaring van een melder van een misstand
Ik kreeg kippenvel toen Emma*1 als deelnemer aan de basisopleiding haar verhaal over het melden van een misstand met ons deelde. De krachtenvelden waarmee zij als melder geconfronteerd wordt tonen veel gelijkenis met de situatie van Arthur Gotlieb.*2 Zij voelde zich bij tijden net zo klem zitten als Arthur, alleen was bij haar de afloop anders. De ondersteuning van zowel haar vertrouwenspersoon als die van het Huis voor klokkenluiders waren daarin van onschatbare waarde. Wees als vertrouwenspersoon beter voorbereid op de mogelijke krachtenvelden bij een melding van een misstand. Lees de ervaring van Emma!
“Deze column is te kort om aan mijn hele verhaal recht te doen, maar ik ga een poging wagen. Met de kennis van nu weet ik dat ik het zag aankomen. In meerdere mails richting mijn leidinggevende en het bestuur had ik al aangegeven dat deze aanbestedingsprocedure niet zou leiden tot een eerlijke keuze voor de juiste partijen. Maar toen het eenmaal werkelijkheid werd en het gesjoemel begon met de aanbestedingseisen waardoor er partijen werden uitgenodigd op andere gronden dan de gestelde voorwaarden, kon ik het niet geloven. Sterker nog: fysiek en mentaal blokkeerde mijn hele lijf. Hoe kon het zijn dat deze werkwijze met droge ogen werd doorgezet terwijl deze dwars tegen een groot aantal elementaire aanbestedingsregels inging? Het was nog coronatijd en ik zat thuis te werken. Mijn partner was ook thuis en kreeg een groot deel van de besprekingen mee waarin partijen werden beoordeeld op de aanbestedingseisen. Zelfs hij zat mij af en toe met grote ogen aan te kijken. Tijdens de bespreking probeerde ik meerdere malen mijn bezwaren duidelijk te maken en onderbouwde ik waarom we niet op deze wijze partijen konden uitnodigen: we stelden namelijk totaal verschillende eisen aan de organisaties die zich hadden ingeschreven. Het gaat om een aanbesteding met een aanbestedingsbedrag van enkele miljoenen. Tijdens de aanbestedingsprocedure worden tegen de regels in percelen ingetrokken om bevriende inschrijvers ter wille te zijn en inschrijvers waar het bedrijf geen zaken mee wil doen af te stoten.
Mijn bezwaren werden met name door mijn leidinggevende terzijde geschoven: hij moest zich verantwoorden als er geen aanbesteding rondkwam met door de directie gewenste partijen en hij had geen zin om dat te moeten vertellen aan zijn bestuurder en de Raad van Commissarissen. Ik wist dat ik hem niet zou kunnen overtuigen. Ik staakte mijn bezwaren en deed wat mij werd gevraagd: ik moest alle beoordelingsformulieren opnieuw maken zodat het klopte ter onderbouwing van de partijen die hij wilde uitnodigen. Ook dat deed ik nog! Daarna klapte ik mijn laptop dicht, probeerde in mijn hoofd op een rij te zetten wat ik zojuist had gedaan en wat er was gebeurd. Toen werd het letterlijk zwart voor mijn ogen. Mijn hartslag raasde, paniek brak los en ik verloor mijn bewustzijn. Mijn partner greep in en meldde mij ziek. Dat weekend mailde ik mijn leidinggevende en het bestuur: mijn ziekmelding had te maken met de onveiligheid die was ontstaan omdat ik een handelswijze moest hanteren waar ik niet achter kon staan en in conflict kwam met mijn integriteit. Ik realiseerde dat dit een ernstige constatering was en gaf aan dat ik een uitgebreidere toelichting zou geven. Ik voelde me zo angstig, niet wetend wat er zou gebeuren, hoe kwalijk mij dit zou worden genomen, dat ik de eerste weken met gesloten gordijnen in huis zat.
En de reactie? Mijn bestuurder zweeg in alle talen. Mijn leidinggevende mailde dat hij dacht dat ik rust nodig had en hij zou de bedrijfsarts inschakelen. Na drie weken had ik mijn toelichting uitgewerkt. Ik had alle bewijsstukken verzameld: een ordner vol. Ik had een reconstructie gemaakt van de aanloop tot aan het moment dat de bom voor mij barstte. Opnieuw een mail aan mijn leidinggevende en het bestuur met het verzoek om het mondeling toe te lichten. Weer bleef het een paar weken stil totdat ik een uitnodiging kreeg voor een gesprek met mijn leidinggevende en de bestuurder. Door de wijze waarop ik tot dan toe werd genegeerd en hoe mijn leidinggevende zijn frustratie uitte over mijn afwezigheid, begon ik te vrezen dat het gesprek tot niets zou leiden. En ja…. Pas toen nam ik contact op met de externe vertrouwenspersoon. Eigenlijk zonder veel hoop dat die iets voor mij kon betekenen, maar in het eerste telefoongesprek kwam hij daadkrachtig over. Hij kon helaas niet bij het gesprek zijn met de bestuurder, maar gaf me al wel tips hoe ik dat gesprek moest insteken. We maakten een afspraak om elkaar te ontmoeten zodat ik hem kon informeren hoe het gesprek was gegaan en hij zei dat hij mij verder kon bijstaan in de meldingsprocedure.
Het gesprek met de bestuurder en leidinggevende ging zoals verwacht: had ik wel beseft hoe erg het was voor mijn leidinggevende dat ik hem zo had beschuldigd? Mijn leidinggevende had ook gezegd dat ik de melding waarschijnlijk had gedaan omdat hij die dag met mij een beoordelingsgesprek had gehad waarbij ik een negatieve beoordeling had gehad. Dit was absoluut niet waar, maar hij had de bestuurder ervan overtuigd dat ik een motief had. De bestuurder had navraag gedaan bij personen die betrokken waren bij de aanbesteding en die gaven aan dat er niets onrechtmatigs was gebeurd. Deze personen kende hij langer, dus daar had hij vertrouwen in. Ik moest maar eens goed gaan nadenken over mijn positie in de organisatie.
Mijn vertrouwenspersoon wist hoe hij moest handelen en zorgde ervoor dat het bestuur ging inzien dat ik een integriteitsmelding had gedaan en dat ze die als zodanig moesten behandelen. Dus niet zelf onderzoeken, maar laten onderzoeken. En hij gaf mij een gouden tip: ‘zorg dat het Huis van Klokkenluiders een advies geeft op basis van de door jou verzamelde stukken.' Als ik van hen een verklaring zou ontvangen waarin zij aangaven dat er een vermoeden van misstand was, dan kon het bestuur niet om mij heen en moesten ze wel een onderzoek laten uitvoeren.
Ondertussen hoorde ik niets meer van mijn collega's. Een enkeling belde om te vragen wat er aan de hand was, want mijn leidinggevende was een vete tegen mij begonnen. “Karaktermoord” noemde ze het. De bedrijfsarts die contact opnam stelde mij vragen als: ben je wel in staat een relatie op te bouwen? Hoe lang heb je bij jouw vorige werkgevers kunnen werken, en zelfs de inpertinente vraag werd gesteld hoe lang ik al een relatie heb met mijn huidige partner, enzovoorts . De veroordeling die ik heb gevoeld van mijn collega's en andere betrokkenen vond ik nog wel het ergste. Ik werd afgespiegeld als een persoon die ik niet kende en dat allemaal met het doel om het straatje van mijn leidinggevende en het bestuur schoon te geven. Ik was gek, zij niet.
Met het Huis van Klokkenluiders heb ik veelvuldig contact gehad. De persoon die ik sprak, was niet alleen deskundig maar ook meevoelend. Ze bood aan om ook een bejegeningsonderzoek in te stellen, maar ik had al genoeg aan mijn strijd om gelijk te krijgen met mijn melding.
Hoe eindigt dit verhaal? Ik kreeg de verklaring van het Huis van Klokkenluiders, er werd een onderzoekscommissie ingesteld. Ik merkte dat mijn leidinggevende en de bestuurder de kern van mijn melding steeds herformuleerde, waarbij het oorspronkelijke verhaal steeds verder werd afgezwakt. Alle personen die werden gehoord, hadden hun versie van het verhaal: iedereen probeerde buiten schot te blijven. De commissie gaf enerzijds een hoop commentaar op de chaotische wijze waarop deze aanbesteding was verlopen maar kwam anderzijds tot de conclusie dat er onvoldoende bewijs was voor mijn melding. Mijn tijdelijk dienstverband werd ondertussen niet verlengd vanwege zogenaamd disfunctioneren.
Het Huis van Klokkenluiders heeft nog een gesprek gevoerd met mijn bestuur. Bewijzen vanuit de organisatie waren er niet (ook al hadden die er wel moeten zijn om de aanbestedingsprocedure te verantwoorden). Ze adviseerden mij het onderzoek niet in te laten stellen omdat dit nog twee tot drie jaar zou duren en er op dat moment nog geen sprake was van omgekeerde bewijslast. Ze geloofden mijn verhaal, maar stonden met lege handen.
Ik had niet de intentie om koppen te laten rollen met mijn melding. Ik wilde erkenning dat dit handelen fout was en dat de organisatie jarenlang last zou hebben van verkeerde keuzes. Ik had gehoopt dat ze ervan zouden leren. Maar zoals ik het heb beleefd is het enige doel van het bedrijfsmanagement geweest de melding van tafel te vegen en ervoor te zorgen dat het bestuur en de leidinggevende geen blaam troffen.
Dankzij de hulp van de externe vertrouwenspersoon en het Huis van Klokkenluiders, heb ik wel een poging kunnen wagen. Hun geloof in mijn verhaal is tot op de dag van vandaag een troost voor mij, ondanks de teleurstellende uitkomst.”
MvO: In de volgende nieuwsbrief lees je de ervaringen van de vertrouwenspersoon in deze situatie en ga ik zelf nog in op de krachtenvelden.
Wil je reageren, mail me dan: info@trainingvanoss.nl
Hartelijke groet, Marcel van Oss Directeur/ trainer VAN OSS & PARTNERS | OPLEIDING VERTROUWENSPERSOON www.opleidingvertrouwenspersoon.nl
_____________
*1 De naam van de betrokkene, die deze column heeft geschreven, is op haar verzoek geanonimiseerd. *2 Arthur Gotlieb, klokkenluider tegen wil en dank. Dat is de beste typering van Arthur Gotlieb, senior beleidsmedewerker bij de Nederlandse Zorgautoriteit. Hij leverde bij zijn baas een dossier in met misstanden in de organisatie en de manier waarop hij werd bejegend. Op 22 januari 2014 pleegde hij zelfmoord.
Stop seksuele intimidatie!
info@trainingvanoss.nl
T: 073 - 612 74 73
Inschrijven voor cursus
Aanmelden nieuwsbrief
Contact opnemen
Volg je bij ons een e-learning of de basisopleiding met e-learning modules?
Inlog e-learning